De energieprijzen in Europa rijzen de pan uit. Bedrijven leggen de productie stil, huishoudens kunnen de rekening niet meer betalen en bij de energieleveranciers is geen langetermijncontract meer te krijgen. De situatie voor komende winter is precair en grotendeels te wijten aan de grillen van Vladimir Poetin. Om de burger wat broodnodige verlichting te bieden stelde Ursula von der Leyen, voorzitter van de Europese Commissie, gisteren een paar maatregelen voor die tot doel hebben de energieprijzen te drukken. Die zijn echter niet zonder risico’s en leggen pijnlijk de fouten bloot die lidstaten hebben gemaakt op energiegebied.

Verplichte energiebesparing, een ‘winstplafond’ voor energiebedrijven, ondersteuning van nutsbedrijven en een prijsplafond voor Russisch aardgas: dat zijn de vier maatregelen die Commissievoorzitter Von der Leyen gisteren voorstelde ter bestrijding van de torenhoge energieprijzen. Het zijn stuk voor stuk zeer stevige marktinterventies die nog niet zo lang geleden ondenkbaar zouden zijn geweest.

Het was nota bene de Europese Unie die aan de wieg stond van de liberalisering van de Europese energiemarkt. Enkele decennia geleden hadden de meeste landen nog hun eigen, nationale energiemonopolies. Vanaf eind jaren negentig werd de EU de drijvende kracht achter het openbreken van nationale elektriciteits- en aardgasmonopolies, en het integreren van de verschillende nationale markten in een Europese interne markt.

Jelle Baartmans
foto: Gerhard van Roon

Men zag in Brussel lange tijd de voordelen van marktwerking, maar kennelijk verliest men de waarde daarvan uit het oog op het moment dat die leidt tot torenhoge gas- en elektriciteitsprijzen. Met de vier voorstellen van Von der Leyen wordt de markt serieus ondermijnd en bepaalt men in Brussel, samen met de lidstaten, wanneer we hoe veel elektriciteit mogen verbruiken, wat bedrijven mogen betalen voor Russisch gas, hoe veel winst zij mogen maken, en waar de overtollige winst beter is besteed.

Maar een vrije markt, die is er niet voor de lol. Juist in primaire levensbehoeften, zoals energie, voedsel en huisvesting geven marktprijzen ons belangrijke signalen af over waar de schoen wringt. In dit geval maken ze ons duidelijk dat we op energievlak te afhankelijk zijn geweest van Rusland en te snel vervuilende bronnen op eigen bodem hebben willen uitbannen.

Landen als Nederland, Duitsland, Oostenrijk en Italië hebben tot Poetins grootscheepse invasie in Oekraïne de onbetrouwbaarheid van Gazprom als zakenpartner onderschat. Oostelijke lidstaten, die vanuit hun geschiedenis beter weten, waarschuwen al langer voor de gevaren van zakendoen met het Kremlin en lobbyden actief tegen Nord Stream 2, maar ook zij zijn over het algemeen pas in de afgelopen jaren serieus werk gaan maken van het afbouwen van hun vrijwel volledige afhankelijkheid van Rusland.

“Rusland manipuleert actief de gasmarkt”, zo zei Von der Leyen gisteren, die met de voorgenomen marktingrepen dus eigenlijk kwaad met kwaad bestrijdt. Maar, Europa: bij een markt hoort ook zorgen dat je weet met wie je zaken doet. Met name Duitsland heeft met zijn nimmer aflatende vertrouwen in Gazprom en het Kremlin – denk aan Nord Stream 2 – en de sluiting van kerncentrales de plank volledig misgeslagen. Het had zover niet hoeven komen.

Prijssignalen moedigen ons ook aan tot actie: extra investeringen, besparingen, of het aanwenden van alternatieven. Hoge prijzen nopen vanzelf tot besparingen. Prijsplafonds – niet alleen op inkoop van Russisch gas, maar ook op de rekening voor consumenten, zoals GroenLinks en PvdA voorstellen — verhullen schaarste en kunnen daarmee juist energiebesparing ondermijnen. Bovendien is de impliciete aanname van de Commissie dat Rusland gewoon gas door de leidingen zal blijven pompen bij een door de afnemer opgelegd prijsplafond, erg naïef; Poetin heeft al aangekondigd geen leidinggas te zullen leveren onder prijsplafonds. De kans is groot dat ook Russisch vloeibaar gas niet meer naar Europa komt, omdat men elders bereid is meer te betalen dan de maximumprijs die vanuit Brussel wordt opgelegd.

Ook de hoge elektriciteitsprijs is een gevolg van schaarste. Dat uitbaters van zonneweiden en windmolenparken grove winst maken op goedkoop opgewekte stroom dichtbij huis, dankzij een elektriciteitsprijs die is gebaseerd op elektriciteitsopwekking uit Russisch gas, is geen bedrog, maar simpelweg een weerspiegeling van het feit dat we er met alleen zon en wind niet komen en voor onze stroomvoorziening nauwelijks zonder Russisch gas kunnen: schaarste.

Die grove winsten zijn overigens op zichzelf ook weer een signaal: dat er veel te verdienen valt met hernieuwbare energie van eigen bodem. Hoe groter de winsten, hoe groter de kans op snelle, forse en broodnodige investeringen in deze vormen van energieopwekking, die onze afhankelijkheid van de grillen van Poetin zal verminderen. Maar ook deze uiting van marktwerking dreigt door de EU nu te sneuvelen: de Commissie wil delen van de winst afromen en dat geld steken in het verlagen van de energierekening voor kwetsbare burgers en bedrijven. De winsten zijn namelijk zo groot “dat die nooit helemaal geherinvesteerd kunnen worden”, aldus Von der Leyen. Die uitspraak zal bij de gemiddelde econoom de wenkbrauwen doen fronsen. Wanneer herinvesteringen tot nog veel meer winst kunnen leiden, zullen bedrijven niet lang aarzelen. Winst afromen ondermijnt juist het veilige ondernemersklimaat dat nodig is voor investeringen. Bovendien kunnen lidstaten zelf genoeg doen om de energierekening structureel te verlagen, zoals snijden in belastingen en het aanmoedigen van goede isolatie.

Prijssignalering is gezond en doet ons nu inzien dat we enorme fouten hebben gemaakt. Het was een fout Gazprom te beschouwen als marktpartij en Poetin als koopman. En zelfs onder die aanname was het een fout onze energievoorziening nauwelijks te diversifiëren en zo afhankelijk te worden van Rusland. Bovendien blijken die Duitse kerncentrales zo slecht nog niet. Naast deze inzichten sporen de torenhoge prijzen ons aan nu als de wiedeweerga orde op zaken te brengen: door verder te investeren in hernieuwbare energie, ons kwistige verbruik tegen het licht te houden, en onszelf te wapenen tegen de grillen van onbetrouwbare regimes. De komende jaren moeten we op de blaren zitten, maar als de markt de ruimte krijgt, dienen de oplossingen zich vanzelf aan. De morele vraag of je überhaupt Russisch gas moet willen afnemen, is dan een stuk eenvoudiger te beantwoorden.

 

Jelle Baartmans, 8 september 2022