Evert Bloembergen, telg uit een geslacht van bankiers, ondernemers en hoogleraren, was mijn tweede baas. De doopsgezinde voorzitter van de Raad van Bestuur, die bij het toenmalige uitgeversconcern VNU het evenwicht moest bewaren tussen de katholieken van de Spaarnestad en de heidenen van de Geïllustreerde Pers. Aan mij de taak dat evenwicht in speeches te verwoorden. Ik kwam van het zojuist opgeheven katholieke dagblad De Tijd, volgens Bloembergen trouwens de fiere vlag op de modderschuit die hij leidde.

Zijn beide broers waren hoogleraar en één daarvan drager van de Nobelprijs voor de Natuurkunde. Evert zelf was lid van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid, waar hij met Henk Schaafsma een advies moest uitbrengen over de toekomst van de media als onderdeel van de eerste grote toekomstverkenning van de WRR in 1977. Het bleek geen vruchtbare grond; beide heren waren het voortdurend met elkaar oneens. Voor Bloembergen wellicht een reden te meer om mij te verzoeken zijn bijdrage te verwoorden.

Eén handreiking van zijn kant in dat proces heeft mij in mijn werkzame leven gevolgd. “Lees dat eens”, zei hij over een onderzoek in de Harvard Business Review over de foutenmarge in de gezondheidszorg. En ik las: vijfentwintig procent van al het handelen in de gezondheidszorg is onjuist. Ik heb er twee lessen uit getrokken: waakzaam bij medisch handelen maar vooral het inzicht dat ook bij mij (minstens) vijfentwintig procent van mijn handelen fout is. Bijna altijd als gevolg van gebrekkige communicatie.

Joan Smithuis, april 2023

 

 


We werken voor bestuurders en andere leidinggevenden, geven raad en voeren opdrachten uit. Zo komen we principalen tegen met wie we optrekken, van alles beleven en van wie we dikwijls spelenderwijs ook veel opsteken. Leermeesters, of ze nu een begrip en nog onder ons zijn of niet, geven diepe inzichten aan ons mee dan wel van anderen aan ons door. Soms ongemerkt putten we zo wijsheid uit het werkzame leven die weer boven komt drijven in een min of meer vergelijkbaar geval, die we aanhalen in het gesprek. In deze rubriek laten we telkens iemand anders aan het woord, met een betekenisvolle uitspraak van een leermeester in ons werk, niet zelden in de context van een anekdote. Eerder kwamen in deze rubriek zo gevleugelde woorden ter sprake van en voorvallen met Arthur Docters van Leeuwen, Anton Dreesmann (door Eric Janssen), de Bossche rechtbankpresident mr Cremers (door Jan Suyver) en de eerste zelfstandig gevestigde vrouwelijke registeraccountant Greetje Segall (door Hans Maarten Parigger).

 

***

Klik hieronder voor een aantal artikelen uit onze rubriek ‘Leermeesters’: